Verordening Maatschappelijke Ondersteuning

De raad staat op het punt een verordening vast te stellen op grond van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. In de commissie Bestuur en Sociaal van 7 april jl. zijn al veel vragen gesteld en inmiddels beantwoord. Nadien zijn enkele wijzigingen in de verordening doorgevoerd. Wij hebben een aantal vragen die we het liefst voor de volgende commissie (12 april a.s.) beantwoord zouden willen zien.

© Frans Nikkels

In de Verordening Maatschappelijke Ondersteuning zijn o.a. de tarieven vastgesteld die gelden voor jeugd- en thuiszorg. In de WMO gaat aanzienlijk veel geld om en we weten dat we te kampen hebben met een tekort op zorggelden van ruim 3 miljoen euro. Het is dus geen overbodige luxe de nieuwe verordening kritisch te bestuderen.

Meerdere partijen hebben dit gedaan en om die reden is de verordening de laatste commissie Bestuur en Sociaal (7 april jl.) flink besproken. Uiteindelijk is besloten de verordening van de raadsagenda af te halen, omdat bij veel partijen het gevoel heerste dat er nog te weinig duidelijkheid was om een goede keuze te kunnen maken.

In diezelfde commissie, vroeg de VVD wat het ons kost per maand om de verordening uit te stellen. Het antwoord van de wethouder luidde: 20 tot 30 duizend euro per maand dat we mislopen. Nu staat de verordening weer op de agenda van de commissie Bestuur en Sociaal (12 mei a.s.) en willen we als VVD graag tot beslissen kunnen overgaan. We hebben desondanks nog wel wat vragen en deze hebben we schriftelijk gesteld.

Zie hieronder:

  1. Er zijn wijzigingen gedaan die tot een besparing (kunnen) leiden. Hoeveel dat precies is, is ons niet duidelijk. Is dat overzichtelijk te maken?

Antwoord:

 

 

  1. In het Voorstel en besluit noemt u onder de kop ‘waarom dit voorstel en wat is het effect’, het tweede lid, dat het hanteren van een nieuw normenkader de mogelijkheid biedt tot een besparing van naar schatting €300.000,-. De onderbouwing hiervan missen wij; zou u ons hier een duidelijk beeld willen verschaffen?

Antwoord:

 

 

  1. In veel andere gemeenten is de verordening eind 2019 vastgesteld. In de cie. van 7 april vroeg de VVD wat uitstel van de verordening ons kost per maand, waarop de portefeuillehouder antwoordde dat we 20 tot 30 duizend euro per maand mislopen.
    Klopt het dat we nu de afgelopen 5 maand (uitgaande van 1 januari 2020) 100 tot 150 duizend euro zijn ‘misgelopen’, door het niet eerder vaststellen van de verordening?
    Waarom is de verordening niet, net als in veel buurtgemeentes, niet al eind 2019 besproken / vastgesteld?

 

Antwoord: